Tulum

In 2004 gingen we voor een zonvakantie naar all-inclusive park Freedom Paradis bij Tulum in Quintana Roo op het schiereiland Yucatán, in het uiterste oosten van Mexico. Vlak bij liggen ook de ruïnes van de oude Mayastad Tulum, die wij natuurlijk hebben bezocht. Speciaal hieraan is de uitzonderlijke ligging. De stad ligt op een 12 meter hoge klif aan de Caribische Zee in de Riviera Maya waardoor je kunt genieten van de schitterende uitzichten.

Ruines Tulum

Het interessantste bouwwerk is de Tempel van de Fresco's, met zijn voorportaal met vijf openingen met vier grote zuilen. Achter de ingang waarop beelden van een 'neerdalende god' staan, bevindt zich een overwelfd vertrek met schilderingen die op de gewelven zijn aangebracht. De stad was nog bewoond toen in 1518 de Spaanse veroveraars arriveerden. Na de verovering werd het centrum verlaten en vergeten tot 1841, het jaar waarin het werd herontdekt door de beroemde reizigers John Stevens en Frederick Catherwood.

Samen met Rob en Door huurden we een taxi om de rest van de omgeving te bekijken. Onze taxichauffeur Jesus neemt ons onder andere mee naar een ander Maya dorp genaamd Coba. Hier staat, met 42 meter hoogte, de een na hoogste piramide van het schiereiland Yucatan. Hier fietsen we wat rond en beklimmen de piramide. Verder kijken we naar nog wat aapjes en sluiten we de dag af met een drankje op het strand.

Playa del Carmen

In 2011 was het tijd om terug te gaan naar Mexico. Deze keer naar de badplaats Playa del Carmen. Een stuk groter dan Tulum en ook een stuk toeristischer. Maar weer niet zo massaal als Cancun. Het fijne van het verblijf in Quintana Roo is dat je ondanks je verblijf op een all-inclusive park je toch gemakkelijk ervan af kan om de omgeving te bekijken. Het is er veilig en gezellig. Voor 4 euro zaten we met de taxi in het centrum van Playa del Carmen. Hier een hele lange straat met volop souvenirwinkeltjes en gezellige barretjes en restaurantjes.

Ook mocht deze vakantie het duiken niet ontbreken. Want deze streeks staat ook bekend om zijn Cenotes. In deze regio zijn er geen bovengrondse rivieren. Het water sijpelt door de poreuze grond en vloeit via ondergrondse rivieren naar de zee. Men noemt dit in de geologie een karstverschijnsel. Op sommige plaatsen is het gesteente verweekt en ingezakt, waarbij ondergrondse, met water gevulde holtes ontstaan, de cenotes. Er zijn in Yucatán ruim 3000 cenotes waarvan er zo'n 1400 bestudeerd en geregistreerd zijn. Wij hebben gedoken in de cenotes Kukulcán, Chac Mool en Dos Ojos en vonden deze duiken zeer indrukwekkend.

Voor het culturele deel zijn we met een excursie naar Chichen Itza geweest. Hier staat onder andere de trappiramide El Castillo oftewel de Piramide van Kukulcán. Deze piramide is een van de bekendste bouwwerken van Mexico, en is in de 9e eeuw gebouwd door de Maya's. Het is een trappiramide met trappen aan vier kanten en een plateau met tempel op de top. Drie trappen bestaan uit 91 treden, de vierde trap telt er 92. In totaal zijn er dus 365 treden, evenveel als er dagen in een jaar zijn. De piramide is 24 meter hoog, 30 inclusief de tempel. Zoals bij meer Meso-Amerikaanse piramiden is El Castillo gebouwd op een oudere piramide.

De tempel is wereldbekend om een verschijnsel dat twee keer per jaar plaatsvindt, namelijk tijdens het lentepunt en het herfstpunt. Op deze dagen vallen de schaduwen zo langs de trappen, dat het op kruipende slangen lijken. Dit is een verwijzing naar Kukulcán, wiens naam 'gevederde slang' betekent.

Kruipende slang (lentepunt)

Mogelijk is de opdracht tot het bouwen van de piramide gegeven door Kukulcán persoonlijk, dat wil zeggen door Topiltzin Quetzalcoatl, de Tolteekse heerser van wie men vermoedt dat hij later als Kukulcán als god is vereerd. De piramide is gedeeltelijk gerestaureerd.